Loonafspraken met trainers: netto of bruto?
Veel sportclubs maken nettoloonafspraken met hun trainer. Vaak blijkt dit later niet zo voordelig voor de club, want een gevolg kan zijn dat de totale loonkosten veel hoger zijn dan verwacht. Een nettoloonafspraak is wettelijk wel toegestaan, maar in deze blog leggen wij uit waarom je dit als club beter niet kunt doen én hoe je een financiële verrassing voorkomt.
Nettoloonafspraak
Doorgaans wil een trainer weten hoeveel hij netto overhoudt aan het werk bij de sportclub. Dit omdat het vaak om een bijbaan gaat. Het nettoloon is het salaris dat na aftrek van loonbelasting en sociale premies voor de trainer overblijft. Nettolonen zijn uiteraard niet de totale werkgeverslasten. Veel sportclubs weten niet hoe hoog die soms zijn. Met enige regelmaat worden nettoloonafspraken per uur gemaakt en afspraken inclusief onbelaste vergoedingen voor bijvoorbeeld reiskosten, een telefoon of een opleiding. Dit lijkt op voorhand vaak aantrekkelijk, maar als sportclub kun je onverwacht te maken krijgen met hogere loonkosten. Dat zit namelijk zo:
Opbouw totale loonkosten
De totale loonkosten worden als volgt opgebouwd: op het brutoloon wordt loonheffing en sociale premies ingehouden om aan de fiscus en/of het pensioenfonds af te dragen. Zo blijft er een nettoloon over. Bovenop het brutoloon komen nog de werkgeverslasten. Denk dan aan een reservering voor vakantiegeld, wettelijke werkgeverspremies zoals de ww-premie en mogelijk pensioenpremie voor het werkgeversdeel.
Progressief belastingstelsel
In Nederland betaal je meer belasting als je meer werkt en meer verdient. Dat is een progressief belastingstelsel. Wanneer je als club een nettoloonafspraak per uur maakt met de trainer en deze gaat meer werken dan moet de trainer dus meer belasting betalen. Maar de club heeft met de trainer afgesproken dat deze altijd hetzelfde verdient, namelijk het aantal uur dat hij heeft gewerkt maal het netto uurloon. Als de trainer dan meer belasting moet betalen en wél op hetzelfde nettoloon uit moet komen, dan betekent dit dat de club de extra belasting moet betalen. Ook gewijzigde wet- en regelgeving, die leiden tot een stijging van het brutoloon, kunnen zorgen voor een verhoging van de totale loonkosten.
Loonheffingskorting
Een andere valkuil is de loonheffingskorting. Wanneer een trainer een arbeidsovereenkomst aangaat met de club dan moet hij aangeven of hij wel of geen loonheffingskorting toepast. De werkgever moet namelijk meestal loonheffingen inhouden op het loon. Kiest een trainer voor het toepassen van loonheffingskorting, dan hoef je als club een minder groot bedrag te bruteren. Maar krijgt een trainer een andere baan met meer uren erbij, dan zal deze de loonheffingskorting gaan toepassen bij de andere werkgever. Als hij/zij dan het afgesproken nettoloon moet blijven verdienen, zullen de totale loonkosten voor de sportclub enorm stijgen.
Advies: maak brutoloonafspraken
Huis voor de Sport Groningen adviseert sportclubs daarom altijd brutoloonafspraken te maken met de trainer. Dan weet je ook zeker dat je niet onder het minimumloon zit. Wat het precieze salaris moet zijn is een vraag waar veel sportclubs mee worstelen. Veel is afhankelijk van de functie-inhoud, opleiding en ervaring. Download hier onze quick scan gekoppeld aan de cao sportverenigingen als hulpmiddel om het brutosalaris van de trainer te bepalen.